Wij zoeken nieuwe collega’s. Bekijk hier alle vacatures

2 mei 2024

Geen ingekomen werknemer

De 30%-regeling is op verzoek van toepassing op een ingekomen werknemer met een specifieke deskundigheid, die op de Nederlandse arbeidsmarkt schaars is. De regeling is alleen van toepassing als de werknemer uit een ander land is aangeworven en die voor aanvang van de tewerkstelling in Nederland in het buitenland woonde op meer dan 150 kilometer van de grens met Nederland. Waar iemand woont wordt naar de omstandigheden beoordeeld. Volgens vaste rechtspraak dient er een duurzame band van persoonlijke aard te bestaan tussen de betrokkene en het land waar hij woont.

De vraag in een procedure voor Hof Den Haag was of aan deze laatste voorwaarde was voldaan. De procedure betrof een werkneemster, die voorafgaand aan de Nederlandse dienstbetrekking in het buitenland werkzaam was. Haar echtgenoot is op 2 april 2018 in dienst getreden bij een Nederlandse werkgever. Dit betrof een dienstbetrekking voor bepaalde tijd tot 31 december 2019. Vanwege deze dienstbetrekking zijn aan het echtpaar en hun twee kinderen Nederlandse verblijfstitels afgegeven voor bepaalde tijd. Het echtpaar heeft zich in 2018 ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP). De kinderen zijn daarna in Nederland naar school gegaan. De werkneemster heeft haar dienstbetrekking in het buitenland voortgezet tot begin 2019. In die periode heeft zij haar huurwoning en bankrekening in het buitenland aangehouden. Per 15 maart 2019 is de werkneemster in dienst getreden bij een Nederlandse werkgever.

Hof Den Haag oordeelt in navolging van de rechtbank dat de werkneemster ten tijde van haar aanwerving in Nederland woonde. Dat betekent dat zij niet voldoet aan de definitie van een ingekomen werknemer. De inspecteur heeft het verzoek om toepassing van de 30%-regeling terecht afgewezen. Bepalend voor dit oordeel is dat de werkneemster voornamelijk bij haar gezin in Nederland verbleef en sinds 2018 in Nederland staat ingeschreven en voor dat jaar aangifte IB heeft gedaan als binnenlands belastingplichtige.

Relevante artikelen

Minimumloon per 1 januari 2025

De minister van SZW heeft het minimumuurloon per 1 januari 2025 vastgesteld op € 14,06. Het referentiemaandloon, dat wordt gebruikt voor het vaststellen van de hoogte van diverse uitkeringen, bedraagt per 1 januari 2025 bruto €

Lees hier meer

Geen bouwdepot maar spaarrekening

Hof Den Bosch heeft in een procedure over een aanslag inkomstenbelasting over het jaar 2017 geoordeeld dat het saldo op een spaarrekening een bezitting is voor de rendementsgrondslag van box 3. De belanghebbende in de procedure meende dat het saldo

Lees hier meer

Bedrijfsopvolgingsregeling niet van toepassing

Een echtpaar schonk hun dochter een deel van de onderneming. De dochter claimde de vrijstelling van schenkingsrecht voor ondernemingsvermogen op grond van de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR). De inspecteur weigerde de vrijstelling, omdat de dochter

Lees hier meer

Hoge Raad vernietigt boetebeschikkingen: opzet bij niet aangeven gebruikelijk loon onvoldoende bewezen

Een recent arrest van de Hoge Raad ging over de vraag of de Belastingdienst terecht navorderingsaanslagen en boetes heeft opgelegd vanwege het niet aangeven van het gebruikelijke loon. De zaak betrof een vrouw, die arbeid heeft verricht voor een bv

Lees hier meer

Afwaardering regresvordering dga niet ten laste van inkomen

De dga van een holding ging in hoger beroep bij het hof vanwege een geschil met de Belastingdienst. De rechtsvraag was of hij in zijn aangifte inkomstenbelasting over het jaar 2017 een regresvordering op de bv mocht afwaarderen ten laste van zijn

Lees hier meer

Loonkostenvoordelen

Het lage-inkomensvoordeel (LIV) vervalt per 1 januari 2025. Het loonkostenvoordeel (LKV) voor oudere werknemers wordt voor dienstbetrekkingen, die zijn begonnen op of na 1 januari 2024, in 2025 verlaagd. Per 1 januari 2026 wordt dit LKV afgeschaft.

Lees hier meer